Ron en Jenny van den Bulk in hun fraaie achtertuin van hun huis aan de Leeweg in Berkel.
Ron en Jenny van den Bulk in hun fraaie achtertuin van hun huis aan de Leeweg in Berkel.
BLIK OP DORPSGENOTEN

Ron en Jenny van den Bulk

Algemeen 487 keer gelezen

We kwamen eigenlijk voor een stukje voor het jubileummagazine van het Pijnackerse bouwbedrijf Meerbouw, waar Ron een kleine tien jaar heeft gewerkt voordat hij eind vorig jaar op zijn zestigste met vervroegd pensioen ging. Tijdens het gesprek thuis bij Ron en Jenny van den Bulk kwam er zo veel leuke informatie boven water dat we er meteen maar een mooi dorpsgenotenverhaal van hebben gemaakt.

Ron en Jenny heten allebei Van den Bulk, maar zijn slechts heel in de verte familie van elkaar. Daar zitten zes of zeven generaties tussen. Hun kinderen, Marion van 26 en Mike van 24, kunnen heel wat verder tellen dan tot tien. Mike is hbo-geschoold op het vlak van werktuigbouwkunde en werkt bij het bedrijf Mammoet. Marion is universitair geschoold in de civiele techniek en bezig haar Master Structural Engineering With Hydraulic Structures af te ronden. Banen genoeg voor haar maar eerst wil ze nog even genieten van zee en strand. Al een jaar of negen is ze verbonden aan de strandreddingsbrigade. Haar grote droom is om ooit ergens in Noord-Holland bij de kust een leuke woon- en werkplek te vinden. Intussen verveelt Ron zich geen moment. Hij komt een uurtje later uit bed en heeft tal van hobby’s zoals alles netjes houden in en rond het huis, vissen (op zee maar ook in het water voor het huis), sleutelen aan Amerikaanse auto’s, enzovoort. Echtgenote Jenny werkt nog wel, namelijk bij het Berkelse bedrijf Hinloopen Klene Administratie en Belastingadvies. Doorgaans op kantoor op De Berkelse Poort maar deze vrijdag thuis.

Dus jullie zijn allebei van Berkelse herkomst?
Ron: Ik ben een zoon van Dirk van den Bulk uit Berkel en Nerie van Yperen uit Bergschenhoek. Wij woonden aan de Noordersingel in wat ze de Sint-Nicolaashuizen noemden.
Jenny: Ik ben een dochter van Hans van den Bulk en Agie Zandbergen. Ons ouderlijk huis stond aan de Van der Hoevenstraat in Berkel.

Jullie stammen uit de tijd dat Berkel nog een relatief klein dorp was. Hoe ervaren jullie dat het zo gegroeid is?
Jenny: Het is wel enorm gegroeid maar je groeit er eigenlijk vanzelf in mee.
Ron: Toen wij hier aan de Leeweg gingen wonen, zagen we in de verte de katholieke kerk nog staan. Dat is al lang niet meer zo. Voor en achter zijn nieuwe woonwijken gekomen. Zeker hier aan de achterkant was het wel heel lang een bouwput.

Heb jij zelf je hele leven in de bouw gewerkt Ron?
Mijn vader was metselaar en zelf ben ik timmerman geworden. Op de LTS in Zoetermeer kreeg je destijds nog alle bouwvakken. Je was met hout, metaal en met stenen bezig. Zo kon je als leerling ontdekken wat jou het beste lag en wat je het leukste vond. Tegenwoordig moeten ze meteen een keuze maken en dat is eigenlijk wel jammer. Het timmervak vond ik meteen mooi en ben ik altijd mooi blijven vinden. Ik ben na de LTS op mijn zestiende bij bouwbedrijf Hermes en Roepman gaan werken en heb daar heel lang gewerkt als timmerman. Tussendoor ben ik nog vijf jaar bij hetzelfde bedrijf bezig geweest met de aanleg van eb- en vloedvloeren in de tuinbouw. Daarbij had ik een leidinggevende functie. Toen ik het gevoel dat het allemaal een beetje hetzelfde was, ben ik weer de bouw in gegaan. Het mooie van het timmervak is dat je ontzettend veel verschillende werkzaamheden en projecten heb. Het werken bij Hermes was altijd ontzettend leuk en gezellig. Het was echt een dorpsbedrijf waar iedereen elkaar al heel lang kende. Later werd Hermes overgenomen overgenomen door Box Bouw dat uiteindelijk failliet is gegaan. Daarna ben ik via een tip van Paul Geurtsen van Verdouw Bouwmaterialen bij Meerbouw terechtgekomen en daar heb ik bijna tien jaar met heel veel plezier gewerkt. Allerlei verschillende projecten gedaan met de collega’s: het verbouwen van een kerk, het bouwen van kleedkamers van een voetbalclub en ook de bouw van vrijstaande woningen.

Maar waarom ben je dan toch al op je zestigste gestopt?
Dat was altijd mijn voornemen. Je werkt om te leven en je leeft niet om te werken. Er zijn nog zo veel andere leuke dingen in het leven. Daarom wilde ik ook nooit veel overuren maken. Eigenlijk zou iedereen in de bouw op zijn zestigste moeten kunnen stoppen. Het is fysiek een zwaar vak en de meeste mensen werken vanaf hun zestiende in de bouw en hebben er dus best wat werkjaren op zitten. Helaas is het niet voor iedereen weggelegd. Ik heb er echt naar toe gewerkt en ik heb het geluk dat mijn vrouw nog werkt zodat het financieel goed te behappen is.

En het bevalt goed?
Tot op heden heb ik er nog geen moment spijt van. Ik vermaak me prima en vraag me vaak af waar ik vroeger de tijd vandaan haalde om te werken. Dat hoor je wel van meer mensen die met pensioen zijn gegaan en nog van alles doen. Het was voor Meerbouw wel even slikken toen ik meedeelde dat ik op mijn zestigste mee wilde stoppen, maar ze gunden het me zonder meer en ze betrekken me nog steeds bij activiteiten zoals op 1 april een borrel op afstand bij ter gelegenheid van het veertigjarig bestaan. Het scheelt ook wel dat ze voor mij een ervaren timmerman hebben kunnen binnenhalen die vroeger ook al bij het bedrijf heeft gewerkt. Ze hadden ook een leuk afscheid georganiseerd op 1 november en mijn Amerikaanse pickup, een Chevrolet C10, versierd met violen en een metselkuip met vissen er in. Geraniums waren vanwege het moment in het jaar niet te verkrijgen.

Of het nou violen zijn of geraniums, je gaat er niet achter zitten!
Zeker niet. Ik blijf lekker bezig met van alles. Met vissen bijvoorbeeld. Dat is altijd mijn lust en mijn leven geweest. Gewoon voor het huis, in de polder, op karper vissen of op snoek. Ik heb ook altijd heel veel op zee gevist. Heel lang heb ik een eigen bootje gehad, de Orca 535, waarmee ik de zee op ging maar dat is me te zwaar geworden. Het is best pittig om door de branding heen te komen. Verder is ook de regelgeving steeds strenger geworden.

En verder?
Wandelen met de hond, dat houdt je gezond. We hebben een prachtige lieve labrador van zeven jaar oud, Thunder. Daar kan ik uren mee lopen. En het sleutelen aan oude auto’s. Dat is ook leuk en daar kan ik dagen zoet mee zijn. Hier pal naast woont mijn zwager John van den Bulk, een broer van Jenny. Die is ook gek van oude Amerikaanse auto’s. Alleen is hij bezig met van die sleeën en richt ik me meer op de pick-uptrucks.

Het valt me op dat het hier in huis en ook voor en echter er allemaal pico bello en ontzettend strak uitziet. Dat is ook jouw werk?
Het meeste wel ja. Hier aan de voorkant hebben ze nieuwe beschoeiingen geplaatst en toen hebben we meteen alles vernieuwd, ook voor het huis van John. Er is altijd wel wat te doen binnenshuis en in de tuin. En dan is het mooi dat je dat zelf kunt doen.

En dat aquarium? Is dat ook jouw hobby?
Nee, dat is de hobby van Jenny. Zij is van de vissen binnen en ik ben van de vissen buiten. Ze heeft een tijdje terug een nieuw aquarium cadeau gekregen en de vissen zijn nu aan het wennen aan hun nieuwe leefomgeving. Verder is zij net als onze dochter muzikaal actief. Ze heeft heel lang bij Helicon gespeeld en ze speelt nu trombone bij muziekvereniging Excelsior in Pijnacker.

Verder nog grote plannen voor de toekomst Ron?
Nee, geen hele grote plannen. Gewoon lekker doorgaan en bezig zijn met de dingen die ik leuk vind. En proberen zo lang mogelijk gezond te blijven. Mijn vader stopte ook vroeg met werken. Dat kon in die tijd nog. Dan ging je met de VUT. Hij stopte op zijn 57ste met werken, werd op zijn 59ste ziek en is op zijn 68ste overleden. Daar heeft zo’n man nou zijn hele leven hard voor gewerkt. Ik hoop heel wat langer van mijn pensioen en vrije tijd te mogen genieten!

Het gezin tijdens een uitje in Londen.
Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant