Piet houdt van uitvoerend werk maar als voorzitter een knoop doorhakken vindt-ie ook leuk.
Piet houdt van uitvoerend werk maar als voorzitter een knoop doorhakken vindt-ie ook leuk.
BLIK OP DORPSGENOTEN

Piet van Steenderen

Algemeen 514 keer gelezen

We zitten met deze rubriek nog steeds in de sferen van de lintjesregen. Ook Piet van Steenderen kreeg op vrijdag 24 april telefoon van wethouder Simon Fortuyn. Echtgenote Riet moest haar uiterste best doen om Piet thuis te houden. Ze zouden in de middaguren even naar zus Joke gaan en daarvoor had Riet al een mooi overhemd klaargelegd. “Dat doet ze normaal nooit, dus dat vond ik wel gek”, zegt Piet.

Het was mooi weer, dus een stukje fietsen in de ochtenduren moest normaal geen probleem zijn. Maar ja: de wethouder zou bellen, dus thuis blijven moest. Riet had zogenaamd ineens erg last van haar buik en wilde daarom het fietstochtje even laten zitten. Ze heeft normaal nooit last van haar buik, maar het zal wel, dacht Piet. Uiteindelijk belde de wethouder maar Piet had geen idee waar het gesprek naar toe ging en waarom hij eigenlijk belde. Totdat de aap uit de mouw kwam. Toen begreep hij ook ineens ‘het overhemd dat klaar lag’ en ‘de buikpijn van zijn vrouw’ die heel erg meeviel. Piet van Steenderen heeft tijdens zijn vele vrijwilligersactiviteiten gedurende tientallen jaren nooit gedacht aan ‘een lintje’ maar nu is hij er toch best trots op. Hij vindt het ook bijzonder wat verschillende organisaties hebben gedaan om het aan te vragen. Dat kunnen allerlei organisaties en clubs zijn. Piet van Steenderen is actief bij De Zonnebloem, bij de RK-kerk in Berkel, bij voetbalclub TOGB, hij bestuurt de 3B-Bus en was voorheen ook actief bij de land- en tuinbouworganisatie LTB. Verder ijverde hij al heel lang geleden met dansavonden en puzzelritten voor een eigen kerk in Rodenrijs. ‘Een riks voor P X’ luidde de titel van een van de inzamelacties.

Dus u bent met van alles actief of actief geweest in de loop van de jaren?
Het was en het is inderdaad van alles. Ik ben geen persoon om aan de kant te blijven staan en ga niet snel een uitdaging uit de weg. Vroeger deed ik dat in combinatie met een drukke werkweek. Nu vraag ik me wel eens af waar ik de tijd vandaan haalde. Sinds een jaar of acht werk ik niet meer, maar ik heb het gevoel dat ik het nog net zo druk hebben als in de tijd dat ik nog wel werkte. De dagen zijn nog steeds goed gevuld.
Wat voor werk deed u?
Ik was tot mijn 37ste tuinder in Rodenrijs, samen met mijn oudste broer Arnold die dit jaar tachtig hoopt te worden. We teelden eerst tomaten en later bloemen, gerbera’s. We hadden een goed draaiend bedrijf met ongeveer 15.000 meter kassen. Op een bepaald moment wilde Arnold zijn zoon Coen in het bedrijf halen en toen heb ik gezegd: dat is een goed idee, maar dan stap ik er gewoon uit en ga wat anders doen. Dat ging allemaal in prima harmonie. Alleen mijn vrouw wist nergens van. Die schrok dus wel, toen ik thuis kwam en het vertelde. We zijn een paar weken op vakantie gegaan en toen ben ik op zoek gegaan naar een baan. De banen lagen midden jaren tachtig niet voor het oprapen, maar toch kon vrij snel vertegenwoordiger worden bij Preesman, een vermeerderaar van gerbera’s en ook van andere bloemen. Ze hadden nog zo gezegd: we nemen nooit aan oud-kweker aan voor dit werk. Precies 25 jaar heb ik er met veel plezier gewerkt. Het hele land ging ik door om kwekers te bezoeken. Contacten met mensen heb ik altijd mooi gevonden. Toen ik 62 was ging Preesman failliet en kon ik formeel met pensioen. Ze hebben nog wel een doorstart gemaakt waarbij ik nog een dag in de week bleef werken.

U stopte dus bewust vroeg met tuinen.
Eigenlijk had ik altijd meer belangstelling voor boeren dan voor tuinen. Mijn vader Jan was tuinder en zei: word nou maar tuinder. Zelf had ik veel meer met dieren. Ik zat als jonge jongen altijd bij ome Nard van Steenderen, een broer van mijn vader die een boerenbedrijf had. Niet dat ik het als tuinder niet naar mijn zin had, maar toen Arnold samen met Coen het bedrijf kon voortzetten, vond ik dat een prima oplossing.

Jullie zijn het stel ‘Riet en Piet’. Waar hebben jullie elkaar ontmoet?
Riet geeft nu het antwoord: Eigenlijk in Wijk bij Duurstede, tijdens een uitgaansdag van Jokotel, een grote dansgelegenheid bij Houtrust in Scheveningen. Zelf kom ik uit Voorburg. Piet en ik ontmoetten elkaar op 2 juni 1973. In 1976 zijn we getrouwd, alweer bijna 44 jaar dus. We kregen drie zoons, Richard van 42, Peter van 40 en John van 39. Ze wonen redelijk in de buurt. Met hun partners en de vier kleinkinderen waren ze allemaal van de partij bij de barbecue die we op vrijdag 24 april op veilige afstand van elkaar hebben gehouden. Dat was heel mooi.

Jullie maken de indruk dat jullie elkaar de ruimte geven, maar dat jullie – behalve die ene keer dat Piet ineens stopte met tuinen - wel allerlei activiteiten die jullie ondernemen met elkaar delen!
Piet weer: Dat klopt wel. Riet heeft mij altijd volop de ruimte gegeven. En zij heeft zelf ook van alles gedaan en nog. Voordat ik bij TOGB jeugdleider werd, was zij dat al. Ik was nog tuinder en dan moet je ook op zaterdag werken. Bij TOGB heb ik later van alles gedaan. Onze drie zoons gingen er voetballen. Het waren geen supersterren, maar tot en met de jeugd zijn ze blijven spelen. De jongste, John, kon goed keepen maar was in de jeugd eigenlijk te klein. Toen hij wel de lengte kreeg, was hij er al af. Ik deed doordeweeks en zaterdag al heel wat en kreeg toen ook nog de vraag of ik leider van het eerste zondagteam wilde worden. ‘Vraag dat maar eerst aan mijn vrouw. Als zij het goed vindt, doe ik het.’ Tijdens een feestje vroegen ze het aan Riet en die vond het prima. Dertien jaar ben ik leider van het eerste team geweest. Een geweldige tijd was dat. Nu doe ik bij TOGB nog de representatie; onder meer het ontvangen van de scheidsrechters.

Maar daarnaast doe je nog van alles.
Bij de RK-kerk in Berkel ben ik nog koster geweest en nu al jaren lid van de groengroep: we houden onder andere het kerkhof bij en ook de tuin van de pastoor. Bij Huize Petrus verzorg ik de geitenboerderij. Heerlijk werk is dat. Bij De Zonnebloem was Riet al actief als vrijwilliger en ben ik een aantal jaar geleden voorzitter geworden. Eerst van de afdeling Berkel en daarna ook van Bergschenhoek. Een prachtige vrijwilligersorganisatie. We hebben vrijwilligers die een op een oudere en alleenstaande mensen bezoeken en daarnaast organiseren we ook gezamenlijke activiteiten. Nu dan even niet, maar dat komt straks wel weer.


U zegt niet snel nee, als ze u ergens voor vragen?
Nee, eigenlijk niet. Als ik ergens achter sta en er uitdaging in zie, dan stap ik in. Heel vaak word ik ook meteen of vrij snel voorzitter van een vereniging, een clubje of een actiegroep. Dat was voorheen bij de LTB en ook bij de actiegroep die ijverde voor een kerk in Rodenrijs. Ik vind het prachtig om uitvoerend werk te doen, maar als voorzitter een knoop doorhakken vind ik ook leuk. Een voorzitter moet zich goed informeren en goed luisteren, de verschillende aspecten en belangen goed afwegen en dan een knoop kunnen doorhakken. Niet te vroeg maar zeker ook niet te laat. Vergaderingen moeten vlot en functioneel zijn. Ze moeten ergens over gaan en niet te lang duren. Je weegt met elkaar goed af wat er speelt en dan neem je een besluit waar iedereen dan achter gaat staan. Zo hoort het te werken,vind ik.

Dus jullie vermaken je wel?
Riet: We zijn nog goed gezond en vervelen ons niet. We hebben ieder onze eigen dingen maar doen ook best veel samen, zoals op kleinkinderen passen. Het is prima dat Piet regelmatig weg is voor zijn activiteiten. De hele dag op elkaars lip hoeft voor mij niet.
Piet: Je moet toch een beetje in de weer blijven zodra je niet meer werkt. Ik ben sinds vier jaar lid geworden van het Shantykoor IJgenweiss en eens per twee weken rijd ik op de 3B-Bus. Dat ligt natuurlijk ook allemaal even stil. Toch blijft er genoeg te doen over. Of ik ooit weer iets nieuws oppak, dat denk ik niet. Ik zie altijd wel uitdagingen en vind alles al snel leuk, maar in september word ik 71, dus het wordt tijd dat jongere mensen het gaan overnemen.

Riet en Piet bespreken bijna alles, maar geven elkaar rustig de ruimte.
Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant