Afbeelding
JOB IS TOP

Chef-kok Ravi Zaal

Algemeen 301 keer gelezen

Berkel en Rodenrijs - Ravi Zaal stippelde al op jonge leeftijd een carrière voor zichzelf uit. “Ooit zou ik zelf een keuken runnen, maar daarvoor moet je eerst investeren in je toekomst”, zegt de chef-kok. “Dat betekent ook accepteren dat je onderweg naar dat einddoel weleens iets moet laten.”

Als Ravi vertelt over zijn werk valt - naast de grote liefde voor het koken - vooral zijn gedrevenheid op. “Om mijn doel te bereiken bijt ik mij soms vast als een pitbull.” In de horeca is het gebruikelijk dat je overal ervaring opdoet en Ravi’s drive kwam daarbij goed van pas. Met de diploma’s op zak ging de jonge Ravi zijn geluk beproeven in Amsterdam en kwam terecht bij het prestigieuze De l’Europe aan de Amstel. “Ik werkte mij daar snel op tot chef Rôtisseur, dat is de sectie van het vlees dat trouwens altijd mijn favoriete onderdeel is gebleven. Enige tijd later werkte ik in het klassieke sterrenrestaurant van John Fagel en werd mij gevraagd om tijdelijk de functie van chef-kok waar te nemen. Ik had misschien niet de leeftijd ervoor, maar wel de kennis. Toen heb ik echt geproefd hoe het is om zelf een keuken te runnen. Ik stuurde elf mensen aan. Maar ook merkte ik hoe zwaar het werken in een sterrenrestaurant is: tachtig uur per week maken en je sociale contacten verliezen. Op een keer keek ik ‘achterom’ en dacht ‘hoe lang heb ik eigenlijk niet eens lekker op een terrasje gezeten?’ Ik had ook andere interesses en wilde niet mijn hele leven zo doorgaan.” Het roer ging om en Ravi past inmiddels als chef-kok bij ‘t Manneke in Berkel en Rodenrijs zijn eigen visie toe. Die visie is een optelsom van alle ervaring die hij opdeed. “Je groeit daar naartoe. Ik ken het klappen van de zweep van catering en hotel tot sterrenrestaurant. Mijn standpunt is dat je moet proberen alle monden te voeden, ook het oude omaatje als zij een doodgewone tomatensoep wil. Het moet dan natuurlijk wel de allerbeste soep zijn die er is. Je kookt dus niet altijd waar je zelf wild van wordt, maar waar de gasten blij van worden.” Daarnaast kan Ravi ook genieten van mensen die een speciale kookstijl waarderen en daar meer geld voor over hebben. “Ik vind het een uitdaging om je aan te passen aan de veranderende markt. Het is toch een dooddoener om te zeggen: ‘we doen het al jaren zo?’ Zowel het publiek, de trends en de kookstijlen veranderen constant. Je moet dus op elk vlak aansluiten en vooruitkijken.” Ravi brengt zijn filosofie over aan de mensen in de keuken. “Iedereen heeft een eigen specialiteit. De ene kok is van het fijne werk zoals de patisserie, een ander is meer van het grove werk, zoals ikzelf met het vlees. Het is mooi om dat te combineren.” Ravi’s roots liggen in Waddinxveen waar hij altijd met vriendjes van de basisschool aan het buitenspelen en ravotten was. “Ik kwam vaak onder de blubber thuis. We hadden het nooit over wat je eigenlijk wilde worden maar ik wist voor mijzelf wel dat ik later creatief bezig wilde zijn. Het koken zat een beetje in de genen, mijn vader hield zich bezig met het produceren van (kook)boeken en mijn overgrootmoeder was hoofdkokkin voor welgestelde Nederlanders.”

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant